In dit boek staat een recept voor gnudi. Ik had er nog nooit van gehoord maar het blijken hele eenvoudige ricottaballetjes te zijn met een dun laagje griesmeel. Voor mij was het iets compleet nieuws, dus op een grauwe zondagmiddag ging ik aan de slag met deze balletjes.
Als je weer eens echt iets nieuws wilt proberen, dan kan ik deze gnudi van harte aanraden. Zowel het mondgevoel als de smaak waren voor mij iets nieuws. En vooral iets wat ik vaker wil ervaren. De balletjes zijn luchtig maar toch hartig en in combinatie met de beurre noisette een echte sensatie. Zoek je nog een lekker vegetarisch voorgerecht voor je kerstmenu? Dan kan ik je deze van harte aanraden.
Voor 10 balletjes, 3-4 zijn genoeg als voorgerecht voor 1 persoon
Ingrediënten:
- 250 gram ricotta
- 25 gram Parmezaanse kaas
- Snufje versgeraspte nootmuskaat
- Fijne griesmeel
- 50 gram roomboter
- 8 blaadjes salie
- Meng de ricotta met de Parmezaanse kaas en de nootmuskaat tot een glad mengsel.
- Doe een egale laag griesmeel op een bord. Maak 10 balletjes van het ricottamengsel en leg deze op de griesmeel. Maak je geen zorgen als de balletjes heel nat en onregelmatig zijn, dit komt later goed. Bestrooi de balletjes met meer griesmeel en zorg ervoor dat ze rondom bedekt zijn. Zet het bord onafgedekt in de koelkast en laat ze hier minstens 8 uur maar liever een hele nacht staan. De griesmeel zat het overtollige vocht onttrekken en de balletjes stevig maken.
- Haal de gnudi uit de koelkast en rol ze in je handen tot ze mooi rond zijn. Kook de balletjes in 2 of 3 delen in gezouten, kokend water. Ze zijn klaar als ze boven komen drijven.
- Maak intussen de beurre noisette. Voeg hier de salie en de gnudi aan toe en schep even om. Serveer in een diep bord, eventueel bestrooid met wat extra Parmezaanse kaas.