In Nederland hebben we ook zoiets. Een kruidenmengsel dat bestaat uit kaneel, gember, kruidnagel, nootmuskaat, en kardemom. Vreemd genoeg krijgt dit mengsel een stuk minder aandacht. Misschien omdat wij het kennen als speculaaskruiden en dus denken dat je hier alleen speculaas of pepernoten mee kan maken?
Laat me je van dat beeld af helpen: dit kruidenmengsel leent zich prima voor andere gerechten. Een lekkere latte bijvoorbeeld, maar ook voor deze fijne appelcrumble. De combinatie van de speculaaskruiden met de mandarijn geven het toetje een heerlijk winterse smaak. Bovendien combineren de zachte appels al super met de krokante crumble, maar als je die warme crumble dan ook nog eens combineert met koude yoghurt of slagroom… Een ware sensatie.
Voor 4-6 personen
Ingrediënten:
- 3 fuji appels, of andere appels die uit elkaar vallen tijdens het bakken
- 1 theelepel speculaaskruiden
- ½ el maizena
- ½ tl vanille extract
- 60 gram bloem
- 110 gram boter
- 110 gram suiker
- 50 gram havermout
- Rasp van 1 mandarijn
- Snufje zout
- Verwarm de oven voor op 180 graden.
- Schil de appels en snijd in kleine blokjes. Doe de appelstukjes in een kom en doe hier de speculaaskruiden, maizena en vanille bij. Schud of schep dit mengsel om tot de kruiden gelijkmatig verdeeld zijn. Schep dit mengsel in een ovenschaal en druk enigszins aan.
- Doe bloem, boter, suiker, havermout, mandarijnrasp en zout in een kom. Wrijf dit met je vingertoppen tot een kruimelig mengsel. Verdeel dit mengsel gelijkmatig over de appels.
- Bak het geheel in 30-35 minuten goudbruin. Zowel warm als koud erg lekker, eventueel met wat slagroom of dikke, Griekse yoghurt.
