Mijn schoonmoeder vindt het stiekem erg leuk dat een blanda (blanke) zo van de Indonesische keuken geniet. Haar verbazing werd nog groter toen bleek dat ik peteh bonen lekker vind. Deze bonen, ook wel stinkboontjes genoemd, vallen namelijk niet bij iedereen in de smaak. Elk Indonesisch familielid dat hoort van mijn voorkeur voor deze boontjes roept iets in de richting van “maar die lust ík niet eens!” Prima, more for me!
Foto: bron
Toen ik gisteravond bij mijn schoonouders binnenliep vroeg mijn schoonmoeder of ik wel eens sambal peteh op had. Ik kon nog niet eens zeggen dat dat niet het geval was, of ze stond al in de keuken om het te maken.
Petehbonen zijn te koop bij de toko en kunnen prima ingevroren worden. Deze boontjes worden niet voor niets stinkboontjes genoemd, want ze hebben een sterke geur. En schrik niet als je naar het toilet gaat, deze bonen hebben hetzelfde effect op je urine als asperges.
Mijn potje sambal peteh ga ik niet met jullie delen, het recept wel. Met dank aan mijn schoonmoeder dus.
Ingrediënten:
- 3 eetlepels zonnebloemolie
- Halve ui, fijngesnipperd
- 1-2 teentjes knoflook, fijngesnipperd
- 100 gram peteh bonen, fijngesnipperd
- 350 gram sambal
- Verwarm de wok op hoog vuur tot deze goed heet is.
- Doe de olie in de pan en fruit hierin de ui, knoflook en petehbonen aan tot de aroma's vrij komen. Laat ze niet bruin worden.
- Voeg de sambal toe en laat deze een minuutje meebakken. Zet het vuur uit en laat de sambal in de wok afkoelen voor je het in een gesteriliseerde pot doet. Dit om te voorkomen dat de pot barst.